DIMMEN of DIPPEN
Gisteravond was het ineens een hommeles-avond. Tenminste in mij, mijn omgeving zal er niet zoveel van gemerkt hebben. Oudste blijkt al veel langer best heftig last te hebben van een blessure waar we geen weet van hadden. Middelste heeft voor de #$%^&*zoveelste keer onverklaarbaar buikpijn, en is verdrietig dat ze maar zo weinig naar school mag. Jongste bereidt zich voor op de IEP-toets van komende week en ontdekt samen met ons dat zijn schoolse kennis best een gatenkaasje is. En whaaaaa ineens voel ik me tekort schieten als moeder. Dat ik met al mijn potjes en poedertjes de blessure en de buikpijn niet weg krijg en met dokters bezoeken ook niet verder kom. Dat ik jongste misschien toch te lang heb laten modderen. Dat ik…..En ineens stromen de tranen over mijn wangen. Er zijn nou eenmaal dingen die ik als ouder niet kan sturen, ik kan niet de hele wereld kneden naar een pijnloos en fijn Teletubbielandschap. Maar ik wil niet dat ze pijn en verdriet hebben!
Ik moet ineens aan mezelf denken op de leeftijd van mijn dochter. Dertien, en niet meer in het veilige nest. Ik was van huis weggelopen en woonde in een opvanggezin, en daarna een ander opvanggezin en daarna weer een ander. Een soort van heel erg vroeg op kamers, zeg maar. En met mijn dertien jaar vond ik het de normaalste zaak van de wereld om zelf naar de sociale dienst te gaan om een uitkering te halen. Kreeg ik een cheque mee die ik vervolgens bij het postkantoor moest incasseren. En ik vond het de normaalste zaak dat of ik nou 3 dan wel 30 kilometer van school bij mensen gedropt werd, ik de weg naar school wel weer vond. Niemand die me vertelde welke buskaart ik moest kopen en waar ik moest instappen. En als ik een keer de balen had en een les skipte dan schreef ik gewoon zelf een briefje voor de administratie: “ik was gisteren niet bij natuurkunde. Groeten, Cathelijne.” Nooit gedoe mee gekregen trouwens, ze vonden het kennelijk wel een grappig soort eerlijkheid.
Als ik dat allemaal kon, dan komt het met hun ook wel goed. Ongeacht buikpijn, blessure of een slechte IEP-toets.
Met die gedachte viel ik in slaap. En vanochtend werd ik wakker met nog wel wat kleine traantjes, want ja nog steeds wil ik dat het mijn kroost goed gaat. En het is al milder, en ik weet al weer meer waar ik wél wat aan kan doen. Dus nee het is niet de grote boze wereld die mijn kids dwarszit. Het is de optelsom die ik er even van maakte waardoor het ineens zooo groot leek en ik me ineens veel te klein voelde. En als ik het weer terug breng naar alle losse stukjes die het zijn, is het ineens weer een stuk overzichtelijker. En dan met nog een snufje Brene Brown erbij wordt het weer helemaal zacht: onze kinderen zijn er niet bij gebaat dat we ze vertellen dat ze zo geweldig zijn en alles kunnen, dat we ze heel en beschermd houden. Ze zijn er bij gebaat te weten dat ze niet alles kunnen en dat de wereld soms tegen werkt, maar dat ze sterk genoeg zijn, goed genoeg en dus alles hebben om het aan te kunnen.
En gelukkig zit dan, na even zo’n avond, het DIMMEN (Denken In Mogelijkheden) toch meer in mijn cellen verankerd dan het DIPPEN (Denken In Problemen). Dus ik ben er weer, en heb zelfs weer zin in deze dag. Laat de zon maar gaan schijnen
Tot morgen,
Cathelijne
